Home

Kindergedachten

 
Het regent, o, wat regent het
Ik hoor het uit mijn warmen bed
Ik hoor den regen zingen
Het regent, regent dat het giet
Dat niemand daar nou iets van ziet
Van al die donkere dingen

Het ruist en regent en het spat
Nou worden alle bomen nat
En plast het in de sloten
Het regent óver- óveral
O hé! daar loopt het zeker al
Bij straaltjes uit de goten

Wat is dat gek en leuk geluid
Wat is het lekker om dat uit
Je donker bed te horen
't Is of de regen samen praat
Of dat een kerel buiten staat
Te fluistren aan je oren

Nou druipt het in dat open gras
Nou zal er wel een grote plas
Op alle wegen komen
Nou lopen nergens mensen meer
Verbeel je eens in zo een weer
Daar wou ik wel van dromen

En vroeg, morge' in den zonneschijn
Als dan de blaadjes zilver zijn
Met droppeltjes bepereld
Dan doe ik toch mijn eigen zin
Dan loop ik héél en héél ver in
Die schoongeworden wereld

C.S. Adema van Scheltema