Daar stond een dikke lindeboom al in de groene wei
En onder ’t brede loverdak daar dansten ze zij aan zij
O ja, o ja, zo dreinde de harmonica
Maar rond en rond en om en om draaide en zwaaide de ganse drom
Maar rond en rond en om en om draaide en zwaaide de ganse drom

De lindeboom was oud en stram maar jong de groene wei
En ’t ruiste door het loverdak: die pret is niets voor mij
O ja, o ja, zo dreinde de harmonica
Maar om en om en rond en rond joelde de jeugd die ’t heerlijk vond
Maar om en om en rond en rond joelde de jeugd die ’t heerlijk vond

J.D.C. van Dokkum / A Wins